In menig eindejaarslijstje vorig jaar prijkte De jaren, een boek van Annie Ernaux dat al in 2008 in Frankrijk verscheen maar pas in 2020 in Nederlandse vertaling, een jaar nadat de Engelse vertaling werd genomineerd voor de International Booker Prize. Blijkbaar was er een Angelsaksisch succes nodig om de Nederlandse markt op te warmen; opvallend aangezien juist veel van Ernaux’ boeken eerder in het Nederlands zijn uitgebracht.
Wat misschien heeft meegespeeld is dat het boek wel erg Frans is: niet in ‘geest’ of stijl, maar in de schier eindeloze verwijzingen naar Franse schrijvers, films, muziek, televisieprogramma’s, beroemdheden, politici etc.
Jaren geleden stond ik op het punt La Superba te kopen. Ik studeerde nog in Amsterdam, waar ik vrijwel iedere vrijdag de boekenmarkt op het Spui afliep. Bij een kraampje lag de nog niet zo oude roman van Ilja Leonard Pfeijffer. Ik stond al met het boek in mijn hand, had er veel goeds over gehoord, waarschijnlijk had Pfeijffer er inmiddels de Librisprijs voor gekregen, en ik wilde het graag lezen, zo herinner ik mij.
Versteende nachtmerries Centraal in de door Hikaru Okuizumi geschreven roman De stenen getuigen (1994) staat een herinnering van hoofdfiguur Tsuyoshi Manase. Als Japanse soldaat in de Tweede Wereldoorlog schuilt hij in een grot op het Filipijnse eiland Leyte, wachtend tot zijn medesoldaten en hij gevonden zullen worden door de Amerikanen. Het is in die grot dat een soldaat, op sterven na dood, wiens ‘gezicht was verworden tot een vel perkament dat over een skelet van draden was gespannen’, hem ondanks zijn toestand uitgebreid vertelt dat stenen een ‘gecondenseerde geschiedenis van het heelal’ vormen: